..

.

JE BENT WAT JE DOET, NIET WIE JE DENKT OF ZEGT DAT JE BENT!

Staar je niet blind op 6 bepalende posities in het veld - De meeste kans om prof te worden is op verdedigende posities. Werk hard en laat dit zien in de wedstrijden. Groei nu naar een positie die jij ambieert!


Deze pagina bevat gedachtengoed en wetenschappelijke kennis over ontwikkelen van kinderen & (jong) volwassenen vanuit wat deze nodig hebben om voetbal of maatschappelijk professioneel  te worden nl.


1. LEVENSKRACHT VIA LEVENSOMSTANDIGHEDEN

Sociaal, emotioneel en maatschappelijke ontwikkeling

  • Motivatie + persoonlijk weerbaar
  • Jezelf herkennen
  • Talent

2. LEREN VOETBALLEN NAAR NIVEAU

  • Aanleg 
  • Concentratie 

1. LEVENSKRACHT VIA LEVENSOMSTANDIGHEDEN

Veel kinderen en ouderen maken keuzes die ze niet direct verder helpen of doen andere dingen als die ze willen doen, dat ontstaat door wat ze hebben meegemaakt in hun leven – Het beïnvloedingsproces.

Dit proces bepaalt mede hoe jij je eerste en verdere stappen in het leven zet. Sta daar eens bij stil, voor jezelf of je kind. Vraag jezelf af welke stappen je nog kunt zetten in het leven of help jullie kind naar het stellen van doelen via zelfstandigheid incl. het behoud van motivatie, vorming discipline (werkethos) en emotionele volwassenheid om die doelen te behalen!

Stappen zet je d.m.v. ontwikkeling – overleven naar niveau en wat je wenst naar ambitie. Dit is een aangeboren aanleg.

Deze aanleg kun je via breed bewegen stimuleren of weer wakker schudden. Nu gaan je hersenhelften beter leren samenwerken, deze samenwerking draagt zorg om je beste zelf te worden. Sport en bewegen helpt je kind en jezelf naar ontwikkeling.

Sociaal, emotioneel & maatschappelijke ontwikkeling

MOTIVATIE

Motivatie heb je nodig om te leren, te ontwikkelen naar wat nodig is op dit moment. Of het nu gaat om school, BSO, sport, omgang met je energie/ impulsen, voeding en later maatschappelijk. Nu delen we niet allen dezelfde motivatie! Er is nl. een intrinsieke & extrinsieke motivatie. 

Vanuit intrinsieke motivatie zul je er alles aan doen om plezier te houden of te verkrijgen. Deze motivatie (onbevangenheid) wordt vanuit de betekenis van de activiteit zelf ontnomen. Ook kan je extrinsiek worden gevoed door bv. ouder/ verzorger of begeleider. Dit middels stemverheffing of het vooruitzicht op straf, beloning of beoordeling. Uiteindelijk is deze extrinsieke motivatie niets anders dan onder druk of d.m.v. stress het op korte termijn een prestatie halen uit datgene wat de omgeving met jou doet!

  • Extrinsieke motivatie moet blijven bestaan, anders werkt het niet meer! Dit geeft alleen resultaat op korte termijn!
  • De mate van intrinsieke motivatie en begeleiden naar temperament maakt de mate in doorzetten voor ontwikkeling en resultaat voor de lange termijn!

Werk naar intrinsieke motivatie toe via het aanreiken van:

  • Autonomie
  • Sociaal verbonden- en veiligheid
  • Competentie

Dit maakt het mogelijk om in een zogenaamde flow terecht te komen. Dit is een mentale toestand waarin iemand volledig opgaat in de activiteit. Flow is ook een volledige betrokkenheid en de intentie om zijn acties in deze activiteit succesvol uit te voeren. Via extrinsieke motivatie bereik je deze flow nooit en te nimmer!

In een flow terecht komen is sterk gerelateerd aan de denkstijl (leermentaliteit) van de persoon. De leermentaliteit bepaalt of hij zijn doel kan bijstellen naar een hoger niveau, te blijven acteren op dat niveau (statisch) of anders lager kan komen te handelen als de concurrentie hem inhaalt (ego).

Nu overleven en of staande houden in een professionele omgeving is afhankelijk hoe jij nog meer wordt beïnvloed door je ouders, verzorgers en overige levensomstandigheden! 

BEHOUD VAN MOTIVATIE

De kern van ons bestaan is leren! Leren om te leven en te overleven is een aan -geboren intrinsieke motivatie, het behouden van deze aangeboren motivatie is leidend om te blijven leren. Begeleid je kind nu onbevangen naar zelfstandigheid wat zorgdraagt voor een persoonlijke weerbaarheid, nodig om onbevangen te blijven leren!

Om nu weerbaar (gemotiveerd) verdere stappen in het leven te maken heb je wel de hulp nodig van je omgeving. Dit kunnen ouders/ verzorgers beïnvloeden door het invullen van primaire kernwaarden in:

  • Zelfstandigheid
  • Motivatie (herken je kind in omgang naar type temperament- wat heeft deze nodig om tot bloei te komen)
  • Emotionele volwassenheid

Dit naar persoonlijke groei in wat jij ambieert. Onderstaand de start 0 - 22 jr. vanuit een beïnvloedingsproces (comfortzone model) naar talent (volwassenheid)

BEEINVLOEDINGSPROCES 

1. WAT MAAKT MOTIVATIE + PERSOONLIJKE WEERBAARHEID

AUTONOMIE

  • Zelfstandig leren worden- als kind – niet als vriend(in), ouders zijn nl. een hulpbron! bv. eten - drinken – lopen - praten en luisteren
  • Zelfredzaamheid als in leren van dagplanning / ochtend- middag en avondritueel in hygiëne & voeding
  • Gezonde levenswijze
  • Zelfstandigheid in hygiëne - vervoer (fietsen) + alleen thuis (wennen)
  • Herkennen van je vaardigheden + deze leren gebruiken
  • Normen hanteren (waar je sociale waarde aan leert hechten)
  • Leren plannen van school - sport - hobby (o.a. klokkijken)

SOCIAAL VERBONDEN + VEILIGHEID

  • Respect voor anderen – ouderen
  • Fouten mogen maken/ herstellen
  • Omgang en het kunnen ontwikkelen van een natuurlijke houding (vrijheid + geborgenheid van ouders/ verzorgers incl. sociale + thuis regels). Hiermee reageer je in contact en situaties met anderen
  • Omgang met structuur (regels - discipline). Ook bij een teveel aan energie/ impulsen of niveauverschil!
  • Vertrouwen geven door los te laten naar competentie/ leeftijd (oefenen met/ zonder hulpbron)

COMPETENTIE

  • Praten + leren uiten van gevoel (o.a. boos verdrietig - blij)
  • Omgang met emoties (niet laten ontaarden in agressie/ overmannen door emotie = weerbaarheid)
  • Manier van ademen + drinken
  • Divers eten (proeven) - drinken + voeding klaarmaken & opruimen
  • Buiten- en samenspelen (samenwerking hersenen + sociale binding ontwikkelen)
  • Fietsen - zwemmen en stoeien
  • Sporten (bewegingsgevoel, houding + tastzin + uithouding = wilskracht) Opoffering bijbrengen (vorming karakter/ werkethos/ discipline). Zonder, heb je niets aan motivatie of leermentaliteit!

LEERMENTALITEIT

  • Onderhouden en creëren van een leermentaliteit (positief zelfbeeld) ontstaat vanuit complimenteren op het proces, zoals acties en vaardigheden - Dit geeft de overtuiging voor leren, niet op het geheel zoals "wat een goede voetballer ben jij...) 
  • Leermentaliteit betekent overtuigd zijn van jezelf - om te ontwikkelen). We onderscheiden hierin een leer - statische en ego mentaliteit, Allen staan voor de manier hoe je over jezelf denkt en daaruit vandaan wel/niet kan/wil ontwikkelen.
  • Het stapelen van competentie in vaardigheden geeft een leer – mentaliteit (bewust van vaardigheden).

BEWUSTZIJN & BETEKENIS = PASSIE

Wereldwijs - zelfinzicht - ontwikkelen van kennis - interesse - omgang en beleving door kennisgeving van en betekenis geven aan:

  • Vakgebieden - School /studie - Sport - Voeding - Hobby - Muziek - Natuur - Cultuur etc.

Bewust maken + omgang aangeven (gebruik en gevolg) vanuit kennisgeving in:

  • Continent- en cultuurverschillen - Gelijkheid in kansen - Gender (gevoelsvoorkeur op het moment) - Geloof - Veilig verkeer - Geldzaken + Relativiteit - Seks - Mobiel - Gaming - Genotmiddelen – Wonen en Werken...

GEBOORTEPLAATSEFFECT 6 - 12jr.

Sport of beoefent je kind een hobby buiten de woonplaats tussen 6 en 12 jaar, waar het heen gebracht moet worden? Niet alle kinderen (temperamenten) halen hier genoeg sociaal emotionele ontwikkeling uit vandaan nl. de laatbloeiers NF (o.a. Messi, Robben) en NT kinderen (Cruijff, Litmanen, F. de Jong) gedijen onder het geboorteplaatseffect.

Sport, ervaar en bespreek belevenissen, dagelijkse sociale - emotionele beslommeringen, ambitie en onderwerpen o.a. op school, dorp en bij je lokale sportclub. Dit maakt onbevangenheid en weerbaar.

  1. Zelfstandig naar de club, met plezier!
  2. Echte vriendschap en geen concu - vriend

dit geeft

  • Zelfvertrouwen
  • Weerbaar in emotie
  • Discipline
  • Wilskracht (opofferen en doorzetten naar vermoeidheid/ pijn)
  • positief zelfbeeld
  • Het maken van zelfstandige keuzes
  • Inlevingsvermogen in anderen
  • Vrijheid in contact zoeken bij problemen op allerlei vlak

67% van voetbalspelers, komend uit de opleidingen van alle BVO's vallen af voor prof voetbal voor hun 21e jaar. Dit wegens een gebrek aan synergie in sociaal – emotioneel en fysiek (groot onderdeel van talent nl. volwassenheid).

2. TEMPERAMENT (welke omgang heb jij nodig?)

BESCHERMER (SJ) 46%

  • Motivatie: middellange termijn doel (stap voor stap)
  • Gedijt onder structuur en regels.
  • Zolang ze er maar bij horen en waardering ontvangen, hebben zo minder sociale veiligheid nodig om te overleven

WINNAAR (SP) 32%

  • Motivatie: korte termijn doel (direct resultaat)
  • Gedijt ook onder minder sociale veiligheid
  • Handelt uit vrijheid en wil winnen/ overleven

VERBETERAAR (NF) 14%

  • Motivatie: korte termijn doel (m.b.v. pers. begeleider)
  • Harmonie en sociale veiligheid nodig (emotioneel kwetsbaar en daardoor snel bevangen)
  • Leren wedijveren en doelgerichter worden!
  • Discipline
  • Geboorteplaatseffect

KWALITEIT (NT) 8%

  • Motivatie: lange termijn doel
  • Heeft onderling vertrouwen en vriendschap nodig, tussen begeleider/coach en spelers, anders kritisch/ onpersoonlijk/ dragen van een masker
  • Analyseer met de NT (competentie nodig), leren en begrijpen, anders dreigt verveling – tegendraads
  • Discipline
  • Geboorteplaatseffect

3. EMOTIONELE VOLWASSENHEID

16 – 22 jr. Waar heb je nog hulp in nodig? Zie onderstaande checklist!

- AUTONOMIE

  • Op eigen benen staan (met/ zonder ouders)
  • Zelfstandigheid/ zelfredzaamheid

- ZELFINZICHT

  • Wie ben je en wie wil je zijn? 
  • Bewust van je gezondheid + fitheid (fysieke weerbaarheid)
  • Bewust van je vaardigheden en deze gebruiken
  • Bewust van je interesses (betekenis - passie)
  • Leef je droom

- SOCIAAL EMOTIONEEL

  • Zelfstandige keuzes maken die je persoonlijk doen laten groeien (ook onder druk - emoties van anderen)
  • Wenselijk + zelfverantwoordelijk gedrag vertonen (inzien + respect) op bepaalde momenten/situaties met begeleiding, ouders, mede -spelers en arbitrage

Allen vallen onder sociale weerbaarheid - ontvangen vanuit sociaal emotionele ontwikkeling (beïnvloedingsproces).

- VERANTWOORDING

  • Opoffering voor emotionele volwassenheid in:
  • voeding (gezondheid – energie – herstel)
  • Zorg dragen voor jezelf/ team/ relatie/ kind/ ouders
  • Financieel
  • Training - bewegen/ Ontwikkeling

Opoffering (zelfbeeld + werkethos) is de kern van ons bestaan voor leven - overleven via leren. Wat onderscheid leren in mentaliteit en welke heb jij? Leermentaliteit – Statische mentaliteit of Ego mentaliteit

TALENT

Talent draagt zorg voor:

  • Ontwikkelen naar een niveau wat jij ambieert (zelfstandig een doel stellen naar een reëel te behalen niveau)
  • Jezelf staande houden + persoonlijk blijven ontwikkelen, ondanks alles wat op je afkomt (met/zonder persoonlijk begeleider via een weg naar het doel)

Op ieder niveau en werkgebied is er - talent - nodig om te kunnen blijven oefenen - leren en presteren naar wat er gevraagd wordt.

Wat is talent?

Talent is niets anders dan zelfstandig en volwassen gedrag kunnen vertonen naar cultuur vanuit de werk- en of sportomgeving en daarnaast bewust zijn van de weg die je moet volgen naar persoonlijke ontwikkeling. Dit gedrag wordt gevangen en gevoed vanuit de speler zijn levensomstandigheden – het beïnvloedingsproces! Het 'zelfstandig' een doel stellen en naleven gebeurt alleen vanuit volwassenheid en discipline.

Neem in ogenschouw dat volwassenheid wordt gevormd door verschillende vormen van levensomstandigheden, overwegend via:

  • Emotionele volwassenheid
  • Straat volwassenheid
  • Volwassenheid vanuit gebeurtenissen

Emotionele volwassenheid

Deze volwassenheid wordt gevormd vanuit levensomstandigheden (beïnvloedingsproces)

Om de aangeboren motivatie voor leren te behouden (de kern van ons bestaan) is aandragen van kernwaarden voor persoonlijke weerbaarheid de voorwaarde voor een basis in sociale en mentale weerbaarheid. Daarnaast is het voeden van de fysieke weerbaarheid de sleutel tot leren opofferen voor ontwikkeling naar zelfstandigheid.

Nu ontstaat er emotionele volwassenheid die wordt aangereikt door de ouders en anderen voor onbevangen ontwikkelen naar zelfstandig keuzes in doelen voor de toekomst. Nu hard werken om deze doelen te behalen.

Straat volwassenheid

Nu voeden zij zichzelf op via de regels die op straat gelden. Bv. jezelf een plek veroveren voor het spelen van ' Best of the best' in de kooi of op het veldje. Of in negatieve zin bij 'verkeerde vrienden'. Nu wordt persoonlijke weerbaarheid gevormd door omgang met diverse leeftijdsgroepen (verticaal opleiden) en jezelf hierin staande houden.

Vaak dragen deze spelers een masker (houding) waarmee ze overleven vanuit wilskracht.

Door de normen die thuis gehanteerd worden weten ze zich tot op bepaalde hoogte sociaal wensbaar te gedragen (ze vallen nl. snel terug in de overlevingsmodus via o.a.: gekrenkt voelen- zich snel gedwarsboomd voelen of een houding aanmeten vanuit groepsinvloed). Deze moeten worden herkend en begeleid om hun aanleg en talent te ontwikkelen.

Volwassenheid vanuit gebeurtenissen

Gebeurtenissen zoals armoede - geweld - alleen opgroeien - opgroeien in een omgeving die onstabiel is kan overlevingsdrang opleveren. Overlevingsdrang kan bij 2 type temperamenten snelle volwassenheid met zich meebrengen. De SP + SJ kunnen meer zelfstandig zelfvertrouwen opbowen + een toekomst inbeelden, dit vormt nu sociaal wensbaar gedrag naar cultuur die nodig is.

Deze temperamenten zijn bereid om grote offers te brengen aangezien hun aanleg en talent (volwassenheid) misschien wel de enige weg omhoog is voor hun en/ of familie.

Gebeurtenissen kunnen je juist ook doen afbreken. In dit geval heb je vertrouwen nodig van begeleiders of begeleiding die je (weer) stevig in het zadel kunnen plaatsen. De INF en INT zullen zonder voldoende beïnvloeding/ begeleiding wegzakken onder hun oorspronkelijke niveau wat persoonlijke ontwikkeling in de weg zal staan.

2. LEREN VOETBALLEN NAAR NIVEAU

Veel oefenen en hard werken maakt de prof

AANLEG + CONCENTRATIE

Vanuit aanleg (o.a. bewegingsgevoel) ontstaat handelingssnelheid en sociale binding die al snel wordt opgemerkt bij kinderen en later als oudere. Vaak makkelijker door het leven bewegend waarbij sommige tevens verbaal aanwezig kunnen zijn aangezien het zelfvertrouwen oplevert. Handelingssnelheid vanuit aanleg is relatief en te ontwikkelen. Het maken van trainingsuren is de enige weg naar ontwikkelen van handelingssnelheid.

Wat maakt handelingssnelheid relatief?

  • Een aangeboren basis in bewegingsgevoel vanuit grove of fijne motoriek – leervermogen en manier van leren maakt het relatief! Een hoge basis in bewegingsgevoel is een in ieder geval een opmaat naar ontwikkeling voor een sociaal leven op dat moment en waarbij je opvalt bij sportbeoefening.

Bewegingsgevoel (proprioceptie) is via het spiersignaal + evenwicht het gefocust houden van de ogen op een bepaald doel en het in positie houden van de rest van het lichaam. Oefenen van bewegingsgevoel is stimuleren van bewegen en leren van bewegingen (samenwerking linker- en rechterhersenhelft). Nu brengt het concentratie en coördinatie, voor beheerst bewegen van het lichaam en daarnaast meer vrijheid en weerbaarheid om te leren op school – sport en het leven zelf.

Verbeteren van aanleg d.m.v. oefenen in:

BALANS

· via evenwicht houden + contactsporten en buiten spelen op jonge leeftijd (bijvoorbeeld i.c.m. judo en turnen)

LOOPHOUDING

Oefenen van houding - techniek - ademen - flexibiliteit

  • 5 fases
  • stretchen + yoga

SPIERSIGNAAL

  • via calisthenics + plyometri + beweegcircuits het gevoel en snelheid ontwikkelen voor gebruik en mixen van grove en fijne motoriek. Via duwen – trek- til- en sprongbewegingen + knijp- grijpbewegingen
  • Spiersignaal train je voor het punt in leeftijd van max. groeisnelheid(Engelse afk.: PHV - zie kracht)

REFLEX

Via snelle voetenwerk (loopladder) + oefeningen met de voet op- en aan de bal / gooien - vangen / stoten - ontwijken / vallen - opstaan

ZIEN

  • Gezichtsvermogen bepaalt het direct zien van een beeld uit de fysieke werkelijkheid
  • Ruimtelijk zicht = beeld van de afzonderlijke ogen komen op elkaar te liggen zodat timing ontstaat!
  • Zien is ook indirect zien van mentale beelden via je gedachte = ruimtelijk inzicht. Deze is genetisch bepaald maar kun je verbeteren via training door het aandragen van spelinzicht via stapelen van vaardigheden (fasering: 1v1 2v2 3v3)

Bewegingsgevoel en Zien geven hersenen de mogelijkheid om de juiste spiergroepen aan te sturen om de lichaam- en oogpositie in de gewenste stand te handhaven of te veranderen = coördinatie! Veel sporten dus!  (voorheen buiten spelen met bewegen, klimmen, duwen, trekken, tillen, vallen en opstaan).

TASTZIN

  • Tastzin in samenwerking met coördinatie zorgt ervoor dat de speler(ster) het bal- en grondcontact kan ontwikkelen. Tastzin is verdeeld in 4 functies:
  1. Voelen van de bal in waar + hoe hard of zacht raken
  2. Voelen van het contact met de bal en grond = ritme + timing
  3. Voelen is ook de mate van pijnbeleving + omgang met kou -warmte
  4. Voelen is ook het vermogen in weerbaarheid (zelfbeeld / stress).
  5. Zelfbeeld herkennen in een masker wat ze kunnen opzetten! Winnen brengt nl. niet het mooiste gedrag in kinderen /volwassene omhoog en geeft stress!

Stress bepaalt hoe jij/zij kan blijven functioneren tijdens een wedstrijd. Zowel naar normen die gehanteerd worden in sport als in sport- en spelsituaties. Stress kan opgelegd worden door de trainer coach, ouders, gezinsleden of druk die men zichzelf oplegt. Waak hiervoor of werk oplossingsgericht.

REACTIESNELHEID: de samenhang in

  • Reflex (afhankelijk van voorkeur in gebruik voorste- achterste spierketen + veel je sport beoefenen en trainen van spiersignaal - kracht en uithouding voor controle)
  • Ruimtelijk inzicht (indirect zien vanuit mentale beelden) stelt je in staat om je te oriënteren t.o.v. je tegenstander(s) en de ruimte op het veld om je te positioneren met of zonder bal. Ruimtelijk inzicht is ook het inschatten van tijd tot wanneer de bal bij je is of het inschatten waar jij de bal wilt plaatsen incl. tastzin!

Nu omgaan met keuzes voor acties vanuit ruimtelijk inzicht is de vaardigheid en spelinzicht wat je de speler(ster) meegeeft. Een basis in vaardigheid en keuzes aanreiken via: 1v1 2v2 3v3.

Dus niet eerst de team- en positietaken aanreiken maar spelers eerst leren sporten + laten leren!

Leervermogen is de tijd die een speler(ster) nodig heeft om een opgedane ervaring om te zetten in de wedstrijd. Dus de reactiesnelheid/ handelingssnelheid is mede afhankelijk van de

  • leermentaliteit
  • Manier van aanleren via een pedagogiek

KRACHT

Voetbalvermogen ontwikkelen rekening houdend met de PHV.

Peak height velocity (PHV) is de periode waarin een kind zijn snelste lichaamsgroei ervaart - d.w.z. de tijd waarin ze het snelst groeien tijdens hun adolescente groeispurt ‎(de fase tussen jeugd en volwassenheid). Harde duels en hard trainen tijdens de PHV brengt regelmatig blessures vanuit overbelasting.

  • De periode voor en tijdens de PHV is een gouden periode voor het ontwikkelen van aanleg. Het zenuwstelsel staat nu nl. (voor de 2e x) open voor het snel verwerken van nieuwe impulsen (spiersignaal).
  • De gouden periode in trainen van kracht is 1 -1.5 jaar na PHV (hoger testosteron niveau voor groei)

De tijdsperiode, om kracht te ontwikkelen is afhankelijk van het somatotype (fysieke gestalte + te beïnvloeden door voeding en training). Ervaring leert dat topvoetballers / sporters frequent een combinatie - het beste hebben - in 2 somato type. Veel oefenen en gezond eten dus! Hiermee kun je jouw somato type ontwikkelen om je beste zelf te worden! 

SOMATO TYPE

HERKENNEN SOMATO TYPE

Ecto: meer smalle schouders en heupen.

Meso: bredere schouder - smalle taille.

Endo: brede heupen - smalle schouders.

Specifieke eigenschappen:

Zie onderstaand

De ectomorf is lang, dun met weinig spiermassa en een meer platte borst. Deze heeft moeite om spiermassa op te bouwen - meer type 1 rode spiervezels / vol duur / niet snel / minder kracht

De ecto is zo smal, omdat hij een snelle stofwisseling heeft. Daarom is het voor hem lastig bij te komen, zowel in vet als in spier (relatief korte spieren en lange pezen).

De ecto moet zijn intensiteit hoog en trainingsvolume laag houden - hij heeft van nature al een hoge stofwisseling. Bovenal moet hij veel calorieën consumeren, hoofdzakelijk uit complexe koolhydraten. Te veel aan cardio zal hem snel aan energie doen verliezen.

De mesomorf is atletisch gebouwd, heeft van nature meer spiermassa maar kan deze ook sneller ontwikkelen. Hij houdt vet wat gemakkelijker vast dan de ecto, maar heeft bijlange na geen aanleg om dik te worden - meer type 2a witte spiervezel / matig duur / snel / redelijk krachtig.

De mesomorph kan over het algemeen langere trainingssessies en een hoger trainingsvolume aan dan de ectomorph, al moet hij dat niet overdrijven. Ondanks dat hij geen aanleg heeft dik te worden, moet hij voor die echt afgetrainde look op zijn calorie-inname letten en heeft hij baat bij meer cardio.

De mesomorph die aan krachtsport doet, heeft te kampen met het luxeprobleem dat hij snel té potig kan worden (Bij uitoefening van andere sporten).

De Endomorph, of endo, te omschrijven is door hem een mesomorph met een laagje vet te noemen. Explosieve sporter! - meer type 2b witte spiervezel/ snel moe/ explosief en veel kracht

De endo bouwt vrij gemakkelijk spier op, maar houdt door zijn trage stofwisseling nóg gemakkelijker - alsof dat positief is - vet vast. Daardoor oogt hij wat 'zachter' dan een mesomorph.

De endo is meestal kort van gestalte en gedrongen. Om afgetraind voor de dag te komen, moet hij zorgvuldig zijn calorie-inname in de gaten houden en zijn toevlucht zoeken in cardio. Wat betreft training heeft de endo het een stuk lastiger dan de meso. Hij moet zijn tijd namelijk evenredig spreiden over krachttraining én cardio.